De oorsprong van acupunctuur ligt in het oude China. Acupunctuur is een zeer oude geneeswijze, met als doel de natuurlijke balans in het lichaam te herstellen. Deze balans kan door verschillende oorzaken verstoord zijn.
Met acupunctuur probeer je de energieën (Yin en Yang) in het lichaam weer in balans te brengen. Dit doe je door het plaatsen van naaldjes op specifieke punten op het lichaam. Deze specifieke punten worden acupunctuurpunten genoemd. Deze punten liggen altijd op één van de meridianen van het lichaam. Langs deze meridianen lopen de verschillende energiestromen van het lichaam.
Het uit balans zijn van deze energieën (Yin en Yang) kan voor lichamelijke en geestelijke klachten zorgen. Door de energieën van het lichaam weer in een natuurlijke staat terug te brengen kunnen veel klachten verminderd of verholpen worden.
De Chinezen observeerden, dat de beweging van energie in de natuur, een oneindig proces is van beginnen naar eindigen en weer opnieuw beginnen. Dit proces is nodig om de balans in de natuur te behouden. Deze bewegingen en deze balans zie je in het groot en in het klein. In de wereld, in het bos, in de planten, in dieren en in mensen.
Ontstaan, groei, bloei, verval en afsterven en daarna weer een nieuw begin. Dit noem je de vijf fasen. Deze worden steeds opnieuw doorlopen, ook in ons lichaam. Deze fasen zijn Hout, Vuur, Aarde, Metaal en Water. Om je gezond en vitaal te voelen is het dus belangrijk mee te bewegen met de energieën van de natuur zodat deze vijf fasen zo goed mogelijk in balans blijven. Hieronder volgt een korte uitleg over deze vijf fasen om het één en ander duidelijk te maken.
Hout zorgt in de natuur voor groei en ontwikkeling, heeft een duwende kracht naar boven en naar buiten en draagt zorg voor een goede planning en organisatie. In de mens geeft deze energie de kracht om ideeën uit te werken, zich te ontwikkelen en te groeien. Ze geeft vermogen om te organiseren en de moed om plannen uit te voeren. Wordt deze energie belemmerd dan ontstaan er druk, irritatie en boosheid.
Vuur staat in de natuur voor het in bloei staan, voor warmte, licht en drukte. Het is een opvlammende en uitbundige kracht. In de mens zorgt dit voor enthousiasme, het vermogen om plezier te hebben, te kunnen en mogen laten zien waarmee je blij bent en daarvan te genieten. Vuur is wel gevoelig voor te veel hitte en overenthousiasme.
Aarde is een vruchtbare bodem en heeft alles te maken met voeding, transformeren en transporteren. Stabiel en een sterke basis waarop kan worden gebouwd. In de mens heeft deze energie ook te maken met aarden, het goed met jezelf in contact zijn. En ook met het verwerken van voeding, lichamelijke en geestelijke voeding. Voeden en dus ook zorgen voor. Voor jezelf en voor anderen. Wanneer Aarde tekort komt, dan ontstaat er overbezorgdheid, ga je je zorgen maken en piekeren.
Metaal zorgt in de natuur voor het bewaren en opslaan wat essentieel is en het loslaten en afvoeren van wat niet meer nodig is. In de mens is dit niet anders. Daar geeft Metaal de kracht om het verleden los te laten, om afscheid te nemen en op te ruimen, zodat er weer ruimte komt voor nieuwe dingen. Metaal is ook de energie van melancholie en verdriet.
Water is kalm en soms woest. Stroomt flexibel om obstakels heen en bereikt altijd zijn doel. In de mens geeft deze energie de kracht om doelen te stellen hierin te volharden, ook wanneer het even niet meevalt. En om mee te stromen met het leven: go with the flow. De kracht van Water brengt vrees en angst met zich mee.